De kerk maakte waarschijnlijk deel uit van een kasteelcomplex dat de ridders van Diedenshausen hier tussen 1194 en rond 1400 bouwden. Toen de ridderlijke dynastie begon te bloeien, bouwden ze de kerk rond 1270.
Het oostelijke deel van de kerk is een indrukwekkende koorruimte met een vijfdelig segmentgewelf. Het is versierd met roodbruine rankenbeschildering en dus gemodelleerd naar een middeleeuws schilderij. De preekstoel is het centrale punt van het koor. De predikstoel en de communietafel uit het begin van de 18e eeuw staan er recht voor. De predikstoel is gemaakt in de stijl van een boksstoel. Er bestaan nog maar een paar van deze stoelen in Westfalen.
Oorspronkelijk had de kerk ook de functie van een versterkte kerk. Dit wordt aangegeven door een 60 cm hoog en 29 cm breed schietgatvenster dat bewaard is gebleven. Het was waarschijnlijk ook mogelijk om de ingang te beveiligen met een balkslot.
In 1973 werden het dakgebint en de klok door brand verwoest. Dankzij de grote steun van de plaatselijke bevolking werd de kerk binnen een jaar herbouwd en werden er twee nieuwe klokken gekocht. Deze luiden de gemeente nu drie keer per dag.